Het belegd vermogen dat PPI’s beheren voor risico van deelnemers bedroeg aan het einde van het eerste kwartaal van 2019 9,7 miljard euro. Dat was een groei van 20 procent in vergelijking met voorgaande kwartaal, zo blijkt uit nieuwe data van DNB.
Bijna de helft van de vermogenstoename (814 miljoen euro) komt uit het beleggingsresultaat, terwijl 30 procent (503 miljoen euro) is toe te schrijven aan overgenomen verplichtingen. Ruim een kwart (429 miljoen euro) van de stijging is te danken aan premiebijdragen.
De groei van het belegd vermogen met 20 procent is de grootste toename sinds eind 2015. In vergelijking met een jaar eerder zagen de PPI’s het beheerde vermogen zelfs met 40 procent groeien. Dat is meer dan de 32 procent in dezelfde periode een jaar daarvoor, maar het is wel fors lager dan de toename van 64 procent in 2017, 107 procent in 2016 en 202 procent in 2015. Deze vergelijkingen zijn steeds van toepassing voor het einde van het eerste kwartaal vergeleken met een jaar eerder, aldus DNB.
Van het totale pensioenvermogen in de tweede pijler beheren PPI’s nog altijd maar een fractie. Eind eerste kwartaal bedroeg het belegd vermogen voor risico van pensioenfondsen volgens DNB bijna 143 miljard euro. Daarnaast beheerden de fondsen 6,2 miljard euro voor risico van deelnemers.
Inmiddels hebben 770.000 deelnemers pensioenvermogen staan bij een PPI Het aantal actieve deelnemers liep in het eerste kwartaal op naar bijna 440.000. Dat was een groei van 11 procent in vergelijking met het laatste kwartaal van 2018.