Beheerders van actieve obligatie-ETF’s presteren beter in de huidige renteomgeving dan hun passieve tegenhangers, volgens de in 2024 behaalde rendementen. Beleggers zijn bereid meer te betalen voor outperformance, al is er ook kritiek op de hoge kosten.
‘We bevinden ons in de beginfase van wat een gouden tijdperk voor actief beheerde vastrentende ETF’s zou kunnen zijn’, zegt Todd Rosenbluth, hoofd onderzoek bij ETF-aanbieder VettaFi.
Actieve ETF’s worden door velen gezien als traditionele actieve fondsen in het jasje van een tracker. In Europa zijn de kosten voor actieve vastrentende ETF’s gemiddeld 30 basispunten, terwijl traditionele beleggingsfondsen jaarlijkse kosten hebben van 64 basispunten.
Het opstrijken van hogere fees kan alleen worden gerechtvaardigd met bovengemiddelde prestaties. Vooral in de vastrentende markt lijken die er ook te zijn. In een periode van een jaar, eindigend in juni 2024, heeft twee derde van de actieve obligatie-ETF’s beter gepresteerd dan hun passieve tegenhangers, zo blijkt uit het halfjaarlijkse active/passive-barometerrapport van Morningstar.
Onder core-obligatiefondsen met een middellange looptijd is het succespercentage 72 procent, dat wordt toegeschreven aan hun kortere looptijd en hogere bereidheid tot het nemen van kredietrisico’s te midden van gestegen rentetarieven en krapper wordende credit spreads.
Bekwame fondsbeheerders kunnen gebruikmaken van inefficiënties in de markt om de looptijd en kredietblootstelling dynamischer aan te passen dan ETF’s die passief een index volgen. Die flexibiliteit stelt actieve beheerders in staat om meer dan de passieve tegenhanger te verdienen aan de dalende rente.
Flows
Actieve vastrentende ETF’s trekken steeds meer aandacht van beleggers die op zoek zijn naar strategieën die een veranderende renteomgeving het hoofd kunnen bieden. In de eerste elf maanden van 2023 stroomde 74,1 miljard dollar naar de beleggingscategorie, meer dan de 54 miljard dollar die gedurende het hele jaar 2022 werd geregistreerd.
Rapporten van zowel S&P Indices Versus Active (Spiva) als Morningstar stellen eveneens dat actief beheer de kans heeft om passief te overtreffen, als het gaat om vastrentende waarden.
Voor actief beheerde aandelenfondsen zijn de resultaten minder consistent. Actieve fondsen gericht op largecap- en smallcapaandelen rapporteren succespercentages van respectievelijk 53 procent en 52 procent, terwijl die gericht op midcap-aandelen slechts 36 procent van de tijd succesvol waren.
Actieve obligatie-ETF’s zinvol
Bryan Armour, directeur van passieve strategieën onderzoek voor Noord-Amerika bij Morningstar, legt de aantrekkingskracht uit: ‘Actief beheer in vastrentende waarden kan waarde toevoegen door rotatie van sectoren, selectie van effecten en positionering op de rentecurve.’
Toch is voorzichtigheid geboden, stelt Neal Kosciulek, onderzoeksanalist bij Morningstar. ‘Alleen het feit dat een fonds actief is, betekent niet dat het goed is’, waarschuwt hij. Kosciulek benadrukt het belang van grondige due diligence, en benadrukt dat veel actieve obligatie-ETF’s geen langetermijnprestatiegegevens hebben.
Hoewel het potentieel voor betere prestaties bestaat, gaan die wel gepaard met hogere kosten. Actieve obligatie-ETF’s brengen doorgaans hogere vergoedingen in rekening dan hun passieve alternatieven, met een gemiddelde kostenratio van 0,41 procent voor actieve intermediate-core-bond-ETF’s, in tegenstelling tot slechts 0,06 procent voor passieve opties in dezelfde categorie.
Langetermijnvooruitzicht mager
Ondanks optimistische kortetermijncijfers, is het langetermijnperspectief somber. Over een decennium heeft slechts 29 procent van de actieve fondsen hun passieve collega’s kunnen bijhouden en overtreffen, blijkt uit gegevens van Morningstar. Bovendien benadrukt de Spiva-scorekaart voor 2023 dat, over een periode van twintig jaar, 96,83 procent van alle binnenlandse fondsen achterblijft bij hun benchmarkindices.
Desondanks geeft Morningstar’s onderzoek aan dat beleggers bekwaam zijn in het selecteren van hoogpresterende actieve fondsen. In de afgelopen tien jaar heeft de gemiddelde dollar die in actieve fondsen is geïnvesteerd, beter gepresteerd dan investeringen in passieve fondsen in negentien van de twintig geanalyseerde categorieën.
Instroom piekt
Zoals gerapporteerd door Etfgi, een onafhankelijk onderzoeks- en adviesbureau gespecialiseerd in de wereldwijde ETF-markt, bereikten de in actief beheerde ETF’s wereldwijd belegde activa 923,2 miljard dollar per 30 juni, zoals vermeld in hun update van 26 augustus. Dit cijfer markeert een bijna 32 procent stijging sinds 31 december, toen de activa op 739,9 miljard dollar stonden.
In juli alleen al trokken actief beheerde ETF’s wereldwijd 35,9 miljard dollar aan netto-instroom, wat resulteerde in een totaal van 190 miljard dollar voor het jaar tot en met 31 juli. Deze instroom vestigde een nieuw record, meer dan het dubbele van het vorige record van 86,1 miljard dollar geregistreerd in de eerste zeven maanden van 2023, volgens de gegevens van Etfgi. Ter vergelijking: in de maand augustus stroomde volgens het onderzoeksbureau 130 miljard dollar naar de overkoepelende categorie wereldwijde ETF’s.
Deborah Fuhr, managing partner en oprichter van Etfgi, wijst op de uitbreiding van beleggersbases en productaanbod in verschillende geografieën als belangrijke drijfveren voor deze groei in activa en netto-instroom. ‘Producten zijn afkomstig van bekende beheerders, en er is een groeiende voorkeur voor ETF’s boven beleggingsfondsen, met name in de VS’, aldus Fuhr.