Het is ‘zorgwekkend’ dat banken en vermogensbeheerders de kwaliteit van de beleggingsdienstverlening moeten verbeteren, zoals de Autoriteit Financiële Markten (AFM) in een onderzoek naar het advies aan beleggers heeft vastgesteld.
Dat heeft minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën dinsdag geantwoord op vragen van SP-Kamerlid Merkies.
De AFM heeft recentelijk een onderzoek gedaan naar het advies aan beleggers en kwam daarbij tot de conclusie dat slechts een derde van de beleggingsadviezen en banken en vermogensbeheerders aan klanten in orde was.
Beleggingsdienstverlening
Op de vraag van het SP-kamerlid of de beleggingsdienstverlening sinds het onderzoek van 2011 is verbeterd, zegt Dijsselbloem dat ‘de indruk is dat de kwaliteit van de beleggingsdienstverlening niet noemenswaardig is verbeterd, maar eerder gelijk is gebleven’.
Wel stelt hij dat de betrokken banken hebben aangekondigd dat zij concreet aan verbeteringen in de beleggingsdienstverlening zijn begonnen.
Te weinig klantkennis
Uit het onderzoek kwam naar voren dat van dertien onderzochte banken en vermogensbeheerders, die samen ongeveer 70 procent van de markt beslaan, ongeveer twee derde onvoldoende of twijfelachtig advies aan klanten geeft. Het ging bij het onderzoek overwegend om vermogende klanten.
Volgens de AFM weten de banken en vermogensbeheerders die onderzocht zijn te weinig van hun klanten en de beleggingen die ze adviseren. Het is zorgwekkend dat ze dat moeten verbeteren, oordeelt Dijsselbloem in zijn antwoord op Kamervragen.
Meer achtergronden op Fondsnieuws:
AFM: ‘Beleggingdienstverlening onder de maat’