Analyse
iStock_000038050578Small (1).jpg

Door de gestegen energieprijzen is een stevige recessie het basisscenario voor de Europese economie, waarschijnlijk al vanaf het vierde kwartaal van dit jaar. In de Verenigde Staten is zo’n stevige recessie vereist om de inflatie onder controle te krijgen, maar waarschijnlijk lukt het de Fed om dit pas in de tweede helft van volgend jaar te realiseren.

Een recessie betekent onvermijdelijk ook een winstrecessie en de nu nog hoge winstmarges zijn niet bestand tegen stijgende rentes, stijgende lonen en stijgende huren. Uiteindelijk zal de inflatie vooral terug te zien zijn in hogere kosten, waar dan in een recessie geen hogere omzet tegenover zal staan. Aandelen volgen niet alleen op lange termijn de onderliggende winstontwikkeling, in een stevige recessie volgen koersen direct de winsten mee omlaag.

Bij een winstrecessie gaat het al snel om een halvering van de winsten. Welke portefeuille is daar nog tegen bestand? Het heeft niet zoveel zin om obligaties aan te zetten. In theorie daalt de rente in een recessie, maar het gat tussen de inflatie en de rente is nog altijd absurd groot. Verder zijn kredietopslagen opgelopen, maar staan ze nog lang niet op de piekniveaus die typisch bij een recessie horen. Aangezien inflatie de grote boosdoener is, hebben beleggers weinig te zoeken bij obligaties, maar des te meer bij aandelen. Voor een portefeuille zou de volgende driedeling de portefeuille bestand moeten maken tegen een recessie, tegen een nieuwe wereldorde en tegen inflatie.

Defensieve aandelen

Er is een groep aandelen waar beleggers normaal gesproken nauwelijks naar omkijken. Ze hebben een winstontwikkeling die niet gerelateerd lijkt te zijn aan de economische ontwikkeling. Het zijn vooral aandelen die voorzien in eerste levensbehoeftes. Niet voor niets is er in de sectorverdeling een onderscheid gemaakt tussen discretionaire consumptiegoederen en de meer defensieve basisconsumptiegoederen. In aanloop naar een recessie gaan consumenten grote aankopen uitstellen en dat raakt veel consumentenbedrijven midscheeps, maar er zijn ook bedrijven die juist meer klanten krijgen. Denk bijvoorbeeld aan de discounters, consumenten gaan op zoek naar de koopjes.

Verder blijken zaken als drank en chocolade ook tot de eerste levensbehoeftes te horen. Vaak zijn dit soort bedrijven erg saaie bedrijven, ze komen dan ook niet met grote verrassingen. In de opgaande fase is dat niet goed, want elke belegger is op zoek naar bedrijven waarmee de beurs kan worden verslagen. In een dalende beurs is dit juist een eigenschap dat beleggers leren te waarderen.

Veel van deze bedrijven zijn laag-volatiele aandelen, aandelen die op dit moment ook nog eens aantrekkelijk zijn gewaardeerd. Veel van die bedrijven laten in een recessie juist een positief rendement zien. Het is namelijk niet zo dat in een recessie alle aandelen even hard dalen en er zijn in elke recessie aandelen die stijgen.

Overigens is er ook een kleine selecte groep groei-aandelen dat juist profiteert van en recessie. Concurrenten vallen weg of trekken zich terug. Een goed voorbeeld in de laatste recessie was het Nederlandse ASML. Voor deze recessie waren Nikon en Canon concurrenten, na de recessie deden ze niet meer mee in de race van steeds hogere investeringen.

Geen recessie in Azië

Er komt een recessie in West-Europa en in de Verenigde Staten, maar niet in Azië. Daar staan juist alle seinen op groen. Op 16 oktober begint in China het congres van de communistische partij waarna Xi Jinping definitief wordt gezien als de nieuwe Grote roerganger. Dat betekent dat hij zijn beleid van ‘common prosperity’, wat eigenlijk neerkomt op het creëren van zoveel mogelijk koopkrachtige consumenten, kan voortzetten. Iets wat
bijzonder goed is voor economie.

Na het congres kan ook het zero-covid-beleid worden versoepeld. Het maatschappelijke draagvlak voor dit beleid brokkelt af, terwijl tegelijkertijd de besmettelijkheid van de nieuwe virusvarianten toeneemt. Zo’n versoepeling is ook goed voor de economie. Verder wordt er al gewerkt aan het vlottrekken van de vastgoedmarkt.

Dat is een traag proces, maar vanaf hier lijkt het dieptepunt achter ons te liggen. De Chinese overheid stimuleert nu de economische groei en de Chinese centrale bank heeft al meerdere keren de rente verlaagd. Die ruimte is er omdat inflatie in China op dit moment geen probleem is. Goedkope energie uit Rusland en een sterke renminbi houden de prijzen laag.

De waardering van Chinese aandelen is laag, onder andere omdat beleggers er op rekenen dat in China hetzelfde kan gebeuren als eerder met Russische aandelen, maar dat is onterecht. Naast China moet ook de positieve invloed van inflatie op de Japanse economie niet worden onderschat. Japan is bezig om marktaandeel te winnen van aartsrivaal Duitsland en ook in de Japanse markt zijn aandelen opmerkelijk laag gewaardeerd. Grote delen van de rest van Azië zullen zich kunnen onttrekken aan de problemen die de monetaire gekte heeft
veroorzaakt op het Westelijk halfrond.

Aandelen waar een recessie al is ingeprijsd

Feitelijk daalt de beurs al sinds februari vorig jaar. De daling begon bij de meest populaire aandelen van dat moment. Liefst technologie-aandelen die bezig waren met de nieuwste technologie zoals bijvoorbeeld de cloud, waaronder ook veel bedrijven die geen winst maakten. Ondanks de koerscorrectie sindsdien zijn deze bedrijven nog steeds niet echt goedkoop.

Veel Bigtech-aandelen hebben nog altijd een relatief zwaar gewicht in de index en een deel daarvan lijkt nog altijd gebakken lucht. Een technologie-slachtoffer dat wel duidelijk goedkoper is geworden na deze correctie is de sector biotech. De waardering is de afgelopen decennia niet zo laag geweest, vooral omdat de liquiditeit opdroogt. Bij zo’n lage waardering is een recessie grotendeels verdisconteerd. Dat geldt ook voor grondstoffenaandelen, die zo’n 60 procent goedkoper zijn dan de markt, ondanks de extreem gunstige lange termijnvooruitzichten.

Deze aandelen zijn een goed alternatief voor een rechtstreekse belegging in grondstoffen, omdat deze bedrijven uit kunnen met veel lagere grondstofprijzen. Er wordt nog altijd onvoldoende geïnvesteerd in de winning van meer grondstoffen. Agrarische grondstoffen staan weer op het prijsniveau van voor de Russische inval, maar de wereldwijde droogte heeft waarschijnlijk een grotere negatieve impact dan de oorlog in de Oekraïne. Verder valt het op dat er ook vroeg-cyclische bedrijven zijn die extreem laag zijn gewaardeerd. Dat maakt beleggen in waarde-aandelen interessant.

Cyclische aandelen klinkt op zich niet logisch met een recessie op komst. Bedenk echter dat de aandelenmarkt een verdisconteringsmechanisme is dat prima in staat is om vooruit te kijken. Na een recessie volgt altijd een cyclisch herstel. Historisch blijkt de start van een recessie een prima instapmoment. De bodem van de bear-markt is immers de start van de volgende bull-markt. Het is het moment dat er uitverkoop is op de beurs, een moment waar we later met veel verbazing op terugkijken, hoe goedkoop alles wel niet was. Nu eerst de recessie.

Han Dieperink is chief investment strategist bij Auréus Vermogensbeheer. Hij was eerder in zijn loopbaan chief investment officer van Rabobank en Schretlen & Co. Hij is één van de kennisexperts van Investment Officer.

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No