Nederland verkeert, net als Spanje en Italië, in een proces van deflatie. Dat blijkt als je inflatie vergelijkt met de belastingtarieven, schrijft de Britse asset manager M&G.
Een andere zorgwekkende ontwikkeling is volgens M&G dat het argument van de Europese Centrale Bank niet klopt dat de lage inflatie in Zuid-Europese landen een tijdelijk fenomeen is en bovendien beperkt tot deze groep van landen die interne aanpassingen moet doen om zijn concurrentiekracht te verhogen.
Volgens M&G zijn de kernlanden van de eurozone evenmin stabiel. Zo neemt de concurrentiekracht van landen als Nederland en Frankrijk af, wat een extra aansporing zou moeten zijn voor de ECB om tot kwantitatieve verruiming in de eurozone over te gaan.
ECB-president Draghi, die in Nederland is voor het 200-jarige bestaan van De Nederlandsche Bank, sprak zich bij die gelegenheid niet uit over de verwachting van de markt dat hij tot kwantitatieve verruiming zal overgaan, maar zinspeelde wel op meer transparantie aangaande het besluitvormingsproces.
Hij pleitte voor een ‘geschreven verslag’ van de vergaderingen van het ECB-bestuur, maar voegde er meteen aan toe dat de transparantie zijn grenzen kent omdat het essentieel is dat er ‘een open en eerlijke uitwisseling van ideeën is’.
Bekijk hier de marktvisie van M&G: Deflation spreading in Europe’