Institutionele beleggers in private equity schroeven hun eisen op. Deze Limited Partners willen eerst geld zien vrijkomen uit oudere fondsen, voordat ze nieuwe of dure investeringen overwegen. Een recordniveau aan dry powder zet private equity-managers verder onder druk.
Steeds vaker eisen de geldschieters voor private beleggingsfondsen, zoals pensioenfondsen, soevereine fondsen uit het Midden-Oosten en andere institutionele beleggers, meer transparantie over de bestemming van het geld, vertegenwoordiging in commissies, of een lagere beheervergoeding van het fonds. Ze kunnen die eisen mede stellen omdat de institutionele rendementsdoelen ook goed gehaald kunnen worden met minder alternatieve activa dan private beleggingen.
Sommige Limited Partners (LP’s) zeggen alleen te zullen bijdragen aan hun nieuwe fondsenwerving als eerst hun kapitaal dat vastzit in oude fondsen wordt vrijgegeven. Daarmee lijkt het machtsevenwicht in de private-equity-industrie te verschuiven.
‘We ondergaan nu een echte cultuurverandering’, zei William Barrett, managing partner bij Reach Capital, een fondsenwervingbedrijf voor de private markt in Parijs, tegenover Bloomberg. ‘Het is de eerste keer dat LP’s zo rechttoe rechtaan zijn en een uitkering van het ene fonds koppelen aan een nieuwe toezegging in een ander fonds. Ze zijn nog nooit zo uitgesproken geweest met hun verzoeken’, aldus Barrett.
Geld terug
Ook in Europa groeit de wens onder LP’s om kapitaal terug te vorderen. Een portfoliomanager bij een Europese institutionele asset manager die niet met naam genoemd wil worden erkent dat de sector geconfronteerd wordt met de vraag om geld terug te geven aan klanten. ‘Dat is niet normaal voor een private markt waarin je geld meestal zeven jaar vastzit’, zegt hij tegenover Investment Officer.
Dit ondanks, of misschien wel dankzij, een overvloed aan dry powder, geld dat LP’s geïnvesteerd hebben in private fondsen maar dat nog niet daadwerkelijk belegd is door de General Partners (GP’s) die de fondsen managen.
Voor private equity was 2023 een lauwwarm jaar na de uitstekende prestaties van 2022. In december tikte het niveau van dry powder bij private-equitypartijen een bedrag aan van 2590 miljard dollar, een stijging van 8 procent ten opzichte van 2022, aldus S&P Global. Apollo Global Management, met meer dan 55 miljard dollar aan onbenut kapitaal voor zijn private-equitystrategieën, heeft het grootste overschot.
Dit “droge buskruit” wordt aangehouden om in te zetten op een moment dat een aantrekkelijke investeringsmogelijkheid zich voordoet, of als buffer voor als het economisch tegenzit. Een hoog niveau aan dry powder kan echter ook betekenen dat er weinig goede investeringsmogelijkheden zijn, en kan leiden tot hogere waarderingen bij investeringen die wel gedaan worden.
Minder deals
Dat de private-equitysector in een lastig parket zit, blijkt ook uit de daling van het aantal deals, dat volgens gegevens van adviesbureau Bain & Co vorig jaar met 35 procent daalde ten opzichte van 2022. Strategische deals, waarbij bedrijven geheel of gedeeltelijk worden gekocht of verkocht, laten een geschatte daling van 14 procent zien. Buyout-groepen worden geconfronteerd met een recordbedrag van 2800 miljard dollar aan onverkochte investeringen.
Deze terugval, en het feit dat buy-outpartijen in toenemende mate gebruikmaken van geleend geld - leverage - om kapitaal vrij te maken in plaats van activa te verkopen, suggereert dat PE-firma’s huiverig zijn voor het realiseren van verliezen.
Om toch aan het werk te blijven, hebben private equity-partijen creatief gereageerd met een scala aan oplossingen: financiering op basis van nettovermogenswaarde, PIK-leningen en allerhande secundaire verkoop.
Volgens Pitchbook zorgde echter geen enkel beleggingsinstrument voor meer enthousiasme dan voortzettingsfondsen, de continuation funds, ook wel secondaries genoemd. Deze fondsen worden gebruikt om activa te kopen van oudere fondsen die dreigen te verlopen.
‘Zolang nieuw kapitaal kon worden opgehaald en nieuwe fondsen de bedrijven van oude fondsen opkochten en daarmee indrukwekkende rendementen lieten zien, was alles prima. Dat spel is nu voorbij, en het zal moeilijk zijn om alle particuliere bedrijven in de portefeuilles naar de beurs te brengen’, aldus de Nederlandse portefeuillebeheerder.
‘Met ingehouden adem hopen ze dat de zaken de komende vijf jaar zullen verbeteren, en dan zal het weer business as usual zijn. We zullen zien of ze gelijk hebben.’
Volgens S&P Global Ratings doen zich de eerste tekenen van herstel al voor, gevoed door de verwachting dat rentetarieven zullen dalen en waarderingen zullen verbeteren in 2024. De totale waarde van wereldwijde private-equity- en durfkapitaaltransacties steeg in november voor de tweede opeenvolgende maand naar 47 miljard dollar, een stijging van 34 procent ten opzichte van oktober, aldus het onderzoeksbureau.
Luxemburgs fonds op nummer 1 in Europa
Volgens gegevens van Pitchbook lag de fondsenwerving voor private equity in Europa op koers voor een recordjaar tot eind november, waarbij meer dan 110 miljard euro werd opgehaald. Dat viel vooral te danken aan de drie grootste fondsen die samen verantwoordelijk waren voor het aantrekken van 44 procent van het kapitaal.
Het Luxemburgse CVC Capital Partners Fund IX haalde met 26 miljard euro het meeste kapitaal op. Permira Fund VIII (16,7 miljard euro) en KKR European Fund VI (7,5 miljard euro) kwamen op plek twee en drie. De drie grootste fondsen zullen naar verwachting 45 miljard euro ophalen in 2024, voorspelt PitchBook-analist Nicolas Moura.