Onzekerheid in de financiële markten kan een nadeel zijn voor langetermijnbeleggingen. Private debt blijft echter in trek bij pensioenfondsen.
Dit zegt Niels Bodenheim (foto), senior director private markets bij bfinance, in een interview met Fondsnieuws.
Bodenheim merkt dat er nog steeds veel interesse is in private debt, deze komt onder andere van pensioenfondsen en dat is logisch volgens hem: ‘Het past echt bij pensioenfondsen. Voordat de obligatiemarkt zijn intrede deed, leenden pensioenfondsen geld uit aan de staat om bijvoorbeeld grote infrastructuurprojecten te bekostigen, dit gebeurde middels onderhandse leningen.’
De opmars van private debt laat zich volgens bfinance verklaren door drie grote trends. Zo zochten beleggers na de financiële crisis naar alternatieven voor hun traditionele vastrentende waarden beleggingen. Hierbij kwamen ze in eerste instantie uit bij onderhandse bedrijfsleningen. Dit breidde zich uit naar vastgoed- en infrastructuurleningen, ook wel real assets genoemd.
In de allocatie naar deze real assets vond bovendien een diversificatieslag plaats. Zo bestaat er in de huidige laat-cyclische markt een duidelijke voorkeur voor minder risicovolle schuld. Tot speelde specifiek voor verzekeraars, die traditioneel een aanzienlijk deel van de beleggers vormen, dat asset-backed schuldpapier goed past in de Solvency II-regelgeving.
Rally zwakt af
Tocht lijkt het erop dat de echte rally, die nu al zo’n 5 jaar duurt, wel afzwakt. Dalende rentes, intense concurrentie op de private kapitaalmarkten en een mogelijke recessie duwen private debt fondsen meer in de richting van defensieve beleggingsstrategieën.
De investmentconsultant merkt het ook. In hun Manager intelligence & market trends report van augustus 2019 zien zij dit terug in de managerselectie-aanvragen voor private debt beleggingsstrategieën.
De handelsspanningen tussen de Verenigde Staten en China en de perikelen rondom Brexit zorgen voor onzekerheid in de financiële markten. Beleggers vinden het moeilijker om te voorspellen wat de wereldeconomie zal doen op de middellange tot lange termijn.
Bij uitstek langetermijnbelegging
Dit is een nadeel voor private debt, omdat dit bij uitstek een langetermijnbelegging is. ‘Private debt koop je vanuit een buy & hold strategie. Er is wel een secundaire markt, maar je moet het kopen met de gedachte dat je de hele rit uit wilt zitten’, legt Niels Bodenheim, senior director private markets bij bfinance, uit.
Wim Nagler, director België & Luxemburg bij Schroders en onder andere verantwoordelijk voor de marketing van het Infrastructure platform, beaamt dit: ‘Eenmaal geïnvesteerd dan zit je in principe vast tot het eind van de looptijd. Dat maakt het juist een erg interessant categorie in de context van assets & liability management.’
Aantal failissementen zal oplopen
Een tweede kenmerk van private debt is het risico op een faillissement. Hoewel het aantal faillissementen momenteel nog historisch laag is, valt het te verwacht dat dit toeneemt in tijden van economische tegenwind. Het is daarom volgens Graeme Delaney Smith, co-head direct lending Europa bij Alcentra (onderdeel van BNY Mellon Investment Management), belangrijk om te focussen op kwaliteit.
‘Wij richten ons op financieringen aan bedrijven die variëren van 20 tot 300 miljoen euro en daar zijn we kritisch in. Due diligence is eigenlijk het grootste deel van de deal. Dit jaar hebben we al meer aanbiedingen afgeslagen dan we in de afgelopen 5 jaar deden. Maar dat is normaal, gezien de fase van de cyclus waarin we verkeren. Wij zijn van mening dat hoe verder we in de cyclus zijn, hoe voorzichtiger je moet zijn’, zegt Delaney-Smith.
Volgens Bodenheim is de omvang van het bedrijf in deze context ook een goede indicator, waarbij grotere bedrijven doorgaans als veiliger worden beschouwd. De markt voor “corporate direct lending” is onder te verdelen in een klein tot middelgrote, middelgrote en middelgroot tot grote markt. De winst vóór rente, belastingen, afschrijvingen en herwaarderingen, oftewel de ebitda, voor bedrijven in het kleine segment bevindt zich in de range van 5 à 25 miljoen euro. Voor middelgrote bedrijven is dit 10 à 75 miljoen euro en voor grote bedrijven meer dan 75 miljoen euro.
Dit is het eerste deel van een tweeluik over private debt. Dit artikel is vorige week ook verschenen in de tweede editie van Fondsnieuws Institutioneel, een uitgave gericht op pensioenbestuurders en -beleggers.