Enkele beheerders van Puilaetco Dewaay in Brussel vielen onlangs in de prijzen bij de Extel Awards. Voor de tweede keer op rij kregen zij de tweede prijs. Tijd voor een gesprek met Ignace De Coene (foto), Anne-Catherine Delaye en Danny Wittenberg.
Investment Officer had een gesprek met de drie beheerders om te begrijpen hoe zij georganiseerd zijn en welke elementen aan de basis lagen van de goede prestaties de afgelopen jaren.
Ignace De Coene: ‘In totaal bedragen de AUM van de KBL groep zo’n 4,5 miljard EUR. Naast de asset management activiteit in Brussel omvat dit ook onze fondsenactiviteit in de andere filialen van de groep gebaseerd in Luxemburg, Amsterdam, München en Manchester/Londen. Dit laat ons toe de structuur flexibel te houden maar toch zeer nauw samen te werken. De fondsen naar Luxemburgs recht die binnen de hele groep worden aangeboden worden alle gecommercialiseerd onder de naam Rivertree Investment Funds.
Het feit dat we goed scoren op deze Award heeft ook te maken met de hogere visibiliteit van enerzijds de fondsenactiviteit en anderzijds onze erkende focus op bottom-up beheer. Wij gaan sterk inzetten op meetings met Europese bedrijven. Het is een wederzijdse relatie van respect die doorheen de jaren wordt opgebouwd. Dat onderscheidt ons van beheerders die in AUM en personeelsbestand groter zijn dan wij.’
Puilaetco Dewaay heeft op basis van de Morningstar-analyses 60 procent van haar fondsen die zich in het 1e en 2e kwartiel situeren.
Small is beautiful
Ook qua small-caps en Belgische aandelen kan de groep een mooi palmares voorleggen.
De ervaren beheerster Anne-Catherine Delaye werkte voordien onder andere bij Candriam en is gespecialiseerd in smallcaps en Belgische aandelen. Delaye: ‘Smallcaps blijven interessant. Het universum wordt trouwens voortdurend vernieuwd. Uiteraard leveren smallcaps een premie op omwille van de hogere volatiliteit en minder liquiditeit, maar op lange termijn is dat de moeite. Veel smallcaps zijn trouwens gespecialiseerd in een bepaalde niche die structureel groeit met minder cycliciteit.’
Ook over de Belgische markt heeft zij een goed woord over: ‘Doordat we in Brussel zitten, kunnen we makkelijk de CEO’s en CFO’s van Belgische beursgenoteerde bedrijven benaderen. We zien ze erg regelmatig en hebben er een vertrouwensband mee opgebouwd. Dat is zeker een voordeel voor bottom-up stockpickers zoals wij. De Belgische markt telt vooral small- en midcaps als je het zo bekijkt. We hebben de afgelopen jaren mooie succesverhalen gekend, denken we maar aan Lotus Bakeries, Aedifica, WDP, Barco, en noem maar op. Een speciale vermelding maken we voor biotech, waar we als Belgen echt top zijn en bedrijven van wereldklasse hebben voortgebracht. Dat is onder andere ook te danken aan de nauwe banden met de universiteiten.’
Patrimoniaal
Danny Wittenberg beheert het aandelenluik van Rivertree Strategic, de patrimoniale fondsen van Puilaetco Dewaay. Zijn collega’s in Luxemburg staan in voor het obligatieluik. Wittenberg: ‘We zijn licht onderwogen Europa en neutraal voor de opkomende landen, Japan en VS. We zitten momenteel zowat 46,5 procent in aandelen. Japan en de opkomende landen bespelen we ofwel via trackers ofwel via externe fondsen. Europese bedrijven kennen we nu eenmaal het beste.’
In het obligatieluik gaat de voorkeur uit naar bedrijfsobligaties ten opzichte van staatsobligaties, waar nagenoeg geen rente meer te rapen valt. Vooral in het BBB-segment zijn de Rivertree-fondsen aanwezig. Nu de USD wat zakt, wordt er ook stilaan opnieuw een positie van 2 procent opgebouwd in schuldpapier uit de opkomende markten.
Wittenberg: ‘We hebben in de portefeuilles van de patrimoniale fondsen nogal wat cash opgebouwd. Goud hebben we opgetrokken tot zo’n 5 procent. In Europese banken zijn we onderwogen. We zien dat ze last hebben van de regulering en de lage rentevoeten. Banken zijn in de Europese index goed voor zo’n 12 procent terwijl wij 6,5 procent hebben. We compenseren dat met een overwogen positie in beursgenoteerd vastgoed, een actief met een lange duration, dat wél profiteert van de lage rentevoeten. Binnen het Europese gedeelte hebben wij hierin ongeveer 10 procent terwijl deze activaklasse slechts 1 procent uitmaakt van de Europese indices. Het is ook een liquide activaklasse die ons de nodige kwaliteit en visibiliteit biedt.’
Tot slot benadrukken de beheerders nog dat er een sterke wisselwerking bestaat tussen het aandelenbeheer dat in Brussel zit, en het obligatiebeheer in Luxemburg. Er wordt zeer regelmatig overlegd om bedrijven vanuit verschillende perspectieven tegen het licht te houden.