Yale - Pixabay via Pexels
Yale - Pixabay via Pexels

Amerikaanse universiteitsfondsen doen hun belangen in private equity van de hand nu belastingverhogingen dreigen. Ze presenteren het als een strategische keuze, maar vanuit de sector klinkt het vermoeden dat tegenvallende rendementen hen dwingen tot verkoop.

Yale University verkoopt voor maar liefst 6 miljard dollar aan belangen in private-equityfondsen. Het is de grootste verkoop ooit door een Amerikaanse universiteit. De transactie wordt intern aangeduid als ‘Project Gatsby’ - een knipoog naar The Great Gatsby, het literaire icoon van rijkdom, ambitie én ontnuchtering.

De verkoop, waarvan ruim 3 miljard dollar is afgerond, vindt plaats tegen de achtergrond van stagnerende uitkeringen uit private equity, toenemende politieke druk en groeiende interne twijfels over het rendement van de beleggingscategorie. Dat laatste melden The New York Times en Bloomberg.

Stephanie Pries, jurist en voormalig adviseur van het endowmentfonds van Notre Dame, spreekt van een ‘zeer plausibele verdenking’ dat ondermaats rendement de voornaamste reden is voor de verkoopgolf onder topuniversiteiten. ‘Als je snel geld nodig hebt, ligt het niet voor de hand om dit soort moeilijk verhandelbare beleggingen te verkopen’, zegt Pries tegen Investment Officer. ‘Tenzij die fondsen simpelweg niet meer goed genoeg zijn om te houden.’

‘Zelfs als er winst is gemaakt, kunnen de resultaten achterlopen op de verwachtingen of de uitkeringen te traag zijn om aan de lopende verplichtingen te voldoen’, aldus Pries. Voldoende reden om naar de secundaire markt uit te wijken, zegt ze.

Met de verkoop lijkt Yale zich terug te trekken uit een beleggingsstrategie die het zelf beroemd maakte: het Yale-model, gestoeld op de overtuiging dat beleggingen in private equity en andere alternatieven op lange termijn superieure rendementen opleveren.

Fiscale druk en politiek opportunisme

De financiële druk wordt versterkt door politieke spanningen. De regering-Trump wil de belasting op endowment-inkomsten verhogen van 1,4 procent naar mogelijk 21 procent voor vermogende instellingen. Bijna twintig universiteiten, waaronder Yale, Harvard, Stanford en Princeton, pleiten nu voor een compromis: een verplichte jaarlijkse uitkering van 5 procent om de hogere belasting te vermijden.

Volgens Pries wijst de timing van de verkoop op een belastinggedreven motief. ‘Wie nu verkoopt, betaalt 1,4 procent belasting over de gerealiseerde winst. Als je wacht en de wet wordt ingevoerd, dan kan dat tarief veel hoger worden’, zegt ze. ‘Reden genoeg voor veel instellingen om nu te handelen.’

Met het stopzetten van federale onderzoeksfinanciering hebben universiteitsfondsen bovendien weinig andere opties dan het verkopen van beleggingen met een boekwinst. Wachten op een volgende regering die de belastingmaatregel terugdraait, noemt Pries ‘geen slimme gok’.

Van model naar afbouw

Yale laat zich bij de verkoop begeleiden door adviseur Evercore; kopers zijn onder meer HarbourVest Partners, Blackstone Strategic Partners en Pantheon. Onder de verkochte belangen bevinden zich fondsen van Bain Capital, Golden Gate Capital, Clayton Dubilier & Rice, en Insight Partners.

Een deel van de fondsen nadert het einde van hun looptijd; andere zijn nog actief, maar blijven illiquide. De prijsstelling, rond 90 tot 95 procent van de actuele waarde, met uitgestelde betaling, wijst op een lichte korting, maar geen gedwongen verkoop.

Andere universiteiten

Andere universiteiten volgen het voorbeeld van Yale. Harvard verkoopt naar verluidt voor 1 miljard dollar aan private equity. MIT, Notre Dame en University of Illinois onderzoeken soortgelijke stappen. Volgens adviesbureau Evercore was 10 procent van de LP-gedreven transacties op de secundaire markt in 2024 afkomstig van endowments, tegen 8 procent het jaar ervoor.

Niet elke instelling zit in de knel. Ken Miranda, CIO van het 10,7 miljard dollar grote fonds van Cornell University, zei vorige week tegen Institutional Investor ‘verrast’ te zijn door de verkoopgolf. Cornell heeft liquiditeitsproblemen weten te vermijden door strak vast te houden aan zijn herbalanceringsplan. ‘Dat doen we wanneer het nodig is. We hebben ruim voldoende liquide middelen.’

De illiquiditeitsparadox

Zowel Yale als partijen in de secundaire markt ontkennen dat er sprake is van een afbouw van de private-equitystrategie. Moonfare, een platform voor beleggingen in private equity en actief in de secundaire markt, noemde de transacties van Yale en Harvard ‘volwassen portefeuillebeheer’.

‘Endowments verlaten private equity niet’, aldus het Duitse private-quity-platform in een bericht aan klanten. ‘Ze herbalanceren, snijden in niet-kernrelaties en maken ruimte voor nieuwe managers.’

Yale onderschrijft dat standpunt. Private equity blijft volgens de universiteit een ‘kernelement’ van het beleggingsbeleid. Er worden nog steeds nieuwe toezeggingen gedaan, en Yale zoekt actief naar relaties met fondsbeheerders. De verkoop is volgens de instelling bedoeld om liquiditeit te creëren en de portefeuille op orde te houden, niet uit gebrek aan vertrouwen in de activaklasse.

Volgens cijfers van State Street behaalden private markten in 2024 slechts 7,1 procent rendement, tegenover ruim 25 procent voor de S&P500. Voor het eerst sinds 2000 bleef private equity achter op de beurs over alle gemeten termijnen: één, drie, vijf en tien jaar.

Vertraagde exits verergeren het liquiditeitsprobleem. PitchBook meldt dat fondsen uit 2016 nog altijd het merendeel van het ingelegde kapitaal niet hebben terugbetaald. Distributies blijven uit, exits zijn schaars en kapitaalopvragingen gaan door.

Yale’s tienjaarsrendement ligt vooralsnog op 9,5 procent, beter dan het Amerikaanse endowmentgemiddelde van 6,8 procent, maar onder het rendement van de Amerikaanse aandelenmarkt. Een horizon van twintig jaar toont echter een gemiddelde jaarlijkse winst van 10,3 procent voor het universiteitsfonds, ruim beter dan de S&P500.

Gerelateerde artikelen op Investment Officer:

Author(s)
Categories
Access
Members
Article type
Article
FD Article
No