Drie institutionele investeerders – Patronale Life, Securex en Synatom – gaven vorige week op het Private Assets Event van CFA Society Belgium een inkijk in hoe zij hun private beleggingen kiezen.
Patronale Life investeert vooral via directe investeringen en in drie activaklassen: hernieuwbare energie, vastgoed en hypotheken, vertelt CEO Filip Moeykens. De levensverzekeraar belegt ook in private equity-fondsen. De private investeringen lopen intussen op tot 35 à 40 procent van het balanstotaal.
‘We verwachten dat deze bedrijven bovengemiddeld gaan presteren tegenover de gemiddelde returns in de markt. Wat we ook doen, is vooral in activa beleggen die bescherming tegen inflatie bieden. We hanteren geen specifieke tijdshorizon voor deze activa, die de kortere duur van de obligaties in onze portefeuille kunnen compenseren.’
Sectorgenoot Securex gaat qua private investeringen niet zo ver als Patronale Life. ‘Onze belangrijkste assetklasse zijn obligaties, zowel staats- als bedrijfsobligaties, en ook equity funds. In private assets zijn we geleidelijk ingestapt, ingegeven door de lage rente van enkele jaren geleden. We deden een deal, dan een tweede en een derde. Vandaag is het uitgegroeid tot een key pocket op onze balans’, zegt investment manager Jeremy Sigart. Terwijl Patronale Life vaak directe investeringen doet, investeert Securex voornamelijk via fondsen in de private markt.
Synatom, een filiaal van Engie Electrabel, is het fonds dat instaat voor de ontmanteling van de Belgische kerncentrales en voor de opslag ter plaatse van de gebruikte splijtstof. ‘Onze tijdshorizon is relatief lang, met de laatste uitgaven voorzien tegen 2050’, zegt Xavier Piret, directeur investeringen.
Hij noemt zich een new kid on the block als het om private investeringen gaat. ‘Onze strategische allocatie in private is 15 procent: 10 procent private debt en 5 procent private equity. Maar dat zijn nog maar sinds 2022 aan het opbouwen, tegen 2028 moeten we er zijn.’
Synatom investeert uitsluitend via fondsen, en niet via rechtstreekse investeringen. ‘Directe investeringen zijn andere sporttak die we niet beheersen, dus blijven we er weg van’, legt Piret uit.
Trackrecord
‘De keuze van de fondsmanager is cruciaal’, zegt het drietal unisono. Joe Bae, de co-CEO van private equity-reus KKR, pakte onlangs uit met een treffende statistiek: Noord-Amerika telt meer PE-fondsen dan vestigingen van McDonald’s, 19.000 versus 14.000. ‘Er zijn er dus heel veel private equity-spelers, dit gaat om een kritische beslissing’, zegt Piret van Synatom. ‘Want als je niet de juiste beheerder selecteert, verlies je tijd, geld én energie.’
‘Trackrecord is daarbij belangrijk. We proberen first-time fondsen te vermijden, omdat er dan simpelweg geen track is. Maar ook second-time fondsen mijden we, want meestal is dan nog geen exit gebeurd. Dus typisch overwegen we een manager pas vanaf zijn derde fonds.’
Voor Sigart is het een pluspunt als een fonds al meerdere financiële crisissen overleefd heeft. ‘Want dan weet je dat ze een volgende crisis wellicht ook wel gaan overleven.’ De investment manager bij Securex raadt beleggers aan om vooraf goed uit te vissen wat precies de achterliggende motivatie is van een nieuw fonds.
Ook Piret pleit voor waakzaamheid, zeker wanneer de general partner (de leidende partij in een fonds) allerhande nieuwe strategieën begint te lanceren. ‘Soms wordt een fonds omwille van de verkeerde reden gelanceerd’, zegt Sigard. ‘Zo zien we soms dat een nieuw fonds grotendeels overlapt met een bestaand fonds. Ze gebruiken dus het nieuwe fonds om de eerdere vintage te herfinancieren. Maar wat is dan het einddoel? Dat is zeker een aandachtspunt voor ons.
Voor Moeykens van Patronale is skin in the game een belangrijke graadmeter, naast de ervaring van de fondsmanager. ‘Investeert de manager met eigen middelen in het fonds? Daar kijken we steevast naar.’
Huiswerk
Piret en Sigart wijzen erop dat de volatiliteit van de waardering van het fonds voor hen niet zo belangrijk is, omdat het toch om een langetermijnbelegging gaat. ‘Ook tactische beleggingsoverwegingen op korte termijn negeren we, want voor ons telt alleen het rendement op lange termijn. Je moet wel je huiswerk doen, want je zit pakweg tien jaar aan de belegging vast.’
De operationele complexiteit van private beleggingen is een niet te verwaarlozen hindernis, voegt Piret daaraan toe. Ook al heb je kapitaal klaar staan om te investeren, er is op dat moment misschien geen instapmogelijkheid. En bij het sluiten van een fonds komt heel wat juridische en fiscale due diligence en rapportering kijken. ‘Het is dus arbeidsintensief werk als je het goed wil doen. Dat mag je als belegger niet onderschatten.’
Sigart: ‘Private markten zijn inderdaad niet zo rechttoe-rechtaan als publieke markten. Het is niet zo gemakkelijk als een obligatie kopen of verkopen op de beurs.’