Beleggers investeren niet genoeg in een economie die mens en natuur ondersteunt. Vanuit die overtuiging doet denktank Sustainable Finance Lab onderzoek naar de kenmerken van het financiële systeem die dat tekort veroorzaken. ‘We zijn grote risico’s aan het opbouwen.’
‘Waar gaat het nou mis in het systeem?’ Econoom Brenda Kramer is anderhalf jaar directeur van het in Utrecht gevestigde Sustainable Finance Lab (SFL), een academische denktank die met steun van Utrecht University, Triodos Bank, twee stichtingen en DNB onderzoekt hoe het financiële systeem kan worden aangepast om een duurzame toekomst te stimuleren, in plaats van tegen te houden. ‘We kunnen niet alle heil verwachten van individuele beleggers, hoe goed ze het ook menen’, zegt Kramer. ‘We moeten ook snappen hoe kenmerken van het systeem het eenvoudiger of juist moelijker maken om duurzaam te beleggen. Daarom doen we veel onderzoek naar regelgeving en naar economisch beleid. En daarom praten we niet alleen met grote beleggers, maar ook veel met toezichthouders en met beleidsmakers.’
Halverwege 2024 volgde Kramer Rens van Tilburg op als directeur van het SFL, dat twaalf jaar geleden is opgericht door Herman Wijffels. Wijffels’ doelstelling was om het debat over een duurzame financiële sector aan te wakkeren, zegt Kramer. ‘Op een goed beargumenteerde manier, zonder elkaar zwart te maken’.
Hoe ziet dat er in de praktijk uit?
‘De belangrijkste taak van SFL is het vertalen van goed academisch onderzoek naar de beleidspraktijk. Daarbij krijgen we steun van een dertigtal hoogleraren, de leden van SFL. In samenspraak met hen selecteren we de onderwerpen en daar bouwen we een project omheen, om de boodschap zo goed mogelijk voor het voetlicht te krijgen.’
Hoe weet je of jullie werk effectief is?
‘Het directe verband tussen ons werk en positieve veranderingen is moeilijk meetbaar. Als we een project starten, denken we na over wat we willen bereiken, vooral in termen van events en communicatie. De publicatie van een opinieartikel in een landelijke krant bijvoorbeeld, of een bijeenkomst met een aantal beleidsmakers. Over het algemeen geldt: we zetten er met z’n allen onze schouders onder en gaan voor een zo groot mogelijk effect. Maar is dat meetbaar? De ECB paste dit jaar onderpandregels aan en de duurzaamheidsfactor is daarin groter geworden. SFL heeft zich daar drie, vier jaar voor ingezet. Maar is het dan onze verdienste dat het nu is gebeurd? Ons bestuur zegt in ieder geval: laten we wegblijven bij KPI’s. Ook omdat formaliseren ten koste kan gaan van de intrinsieke motivatie en dat willen we niet.’
Het streven naar een duurzame samenleving ontmoet nu meer tegenstand dan twee jaar geleden. Is het werk van SFL moeilijker geworden?
‘Het spreekt vanzelf dat niet alles lukt. Zo onderzochten we recent de gevolgen van het monetaire beleid van de ECB voor duurzame financiering. Hoe werkt de hoogte van de rente door op groene financiering en wat is het effect daarvan op de transitie? Op basis van dat onderzoek zijn we tot het voorstel gekomen om een ‘groene rente’ in te voeren - lager dan de officiële beleidsrente - en daarover wilden we graag een bijeenkomst houden met Europarlementariërs. We hebben wel meerdere een-op-eengesprekken gehad, maar tot een evenement kwam het niet.’
Zo’n ‘groene rente’ zal toch nooit worden ingevoerd?
‘In de huidige situatie niet, nee. Maar moet ons dat ervan weerhouden om voorstellen op tafel te leggen die volgens ons onderzoek bijdragen aan een betere toekomst? Ik zeg ook wel eens dat het misschien nodig is dat beleggers naar mínder financieel rendement streven, in plaats van meer. Volledig onbespreekbaar natuurlijk. Maar toch stellen we het aan de orde.’
Er zijn ook beleggers die wel grote stappen zetten.
‘Zeker, en die denken na over volgende stappen. Duurzaam beleggen gaat nu grotendeels over individuele bedrijven, of je daar wel of niet in moet beleggen en over de effecten van engagement. In de wetenschap zien we intussen meer aandacht voor systeemvraagstukken en er zijn ook beleggers die nadenken of ze ook daarin een rol hebben: in welk systeem beleg ik? Bijvoorbeeld ten aanzien van de eigendomsstructuur van bedrijven: beleg je in beursgenoteerde ondernemingen, of in steward-owned of employee-owned bedrijven?’
Wat zegt de wetenschap over het debat uitsluiting versus engagement?
‘De theorie achter uitsluiting is dat de financieringskosten van een onderneming dan omhoog zouden gaan. Daar is best veel onderzoek naar gedaan en het blijkt dat die theorie met betrekking tot de afgelopen twintig jaar wetenschappelijk niet hard te maken is. Met engagement ligt het iets genuanceerder. De literatuur daarover zegt dat het eigenlijk geen effect heeft, maar het ligt eraan hoe groot je aandeel in het bedrijf is. Ook met een sterkere focus in het engagement kan het succesvoller zijn.
‘Uitsluiting heeft natuurlijk wel een politiek effect. Als een belegger zegt: ik wil simpelweg niet geassocieerd worden met een bepaalde sector of onderneming omdat het niet bij mijn waarden past, dan geeft hij een politieke boodschap af. Duurzaamheidsbeleid begon daarmee en het is er nog altijd. Kijk naar PFZW, dat pensioenfonds heeft tabak altijd uitgesloten en dat had niets met financiële overwegingen te maken, maar enkel met het bewustzijn: wij zijn een organisatie in de gezondheidszorg.’
Wat zijn de ervaringen van SFL met pensioenfondsen in het algemeen?
‘Het bewustzijn dat ze aan de knoppen zitten, is niet bij alle pensioenfondsen even groot, zeker niet bij de kleinere. Ik vind dat pensioenfondsen te weinig beseffen dat ze met hun beleggingen onze toekomst sturen.’
Hoort dat bij de missie van een pensioenfonds?
‘Ik denk dat pensioenfondsen er zijn om een zo goed mogelijke pensioenvoorziening te realiseren. Dan hou je dus rekening met de toekomst. Op basis van wat we nu weten over klimaatverandering en verlies van biodiversiteit, is duidelijk dat we grote risico’s aan het opbouwen zijn, onder meer voor de economische groei. Die risico’s manifesteren zich over tien tot twintig jaar. Dan is het dus niet gek als een pensioenfonds zich afvraagt: wat kunnen wij doen om die risico’s te helpen beheersen? Als we geen grip krijgen op klimaatverandering, komt het bbp daardoor in 2035 bbp 1 tot 4 procent lager uit, zo tonen veel studies aan. Moet je dan niets doen? De kosten zullen enorm hoog zijn en ook dat is vele malen aangetoond. Het landt alleen niet.’
Wie is Brenda Kramer?
Brenda Kramer studeerde bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit, Europese Integratie Studies aan de universiteit van Bonn en internationale economie aan de Universiteit Utrecht. Ze was ruim zeven jaar werkzaam als adviseur voor het ministerie van Financiën, waarvan de laatste twee jaar als adviseur voor de Europese Commissie in Brussel. Daarna werkte Kramer een jaar als econoom op de afdeling Financiële Stabiliteit van DNB en in 2016 trad ze in dienst van PGGM als senior adviseur Sustainable Finance. In die hoedanigheid was Kramer vijf jaar lang betrokken bij het ontwerpen van de Europese taxonomie voor duurzame activiteiten. In 2024 werd ze aangesteld tot directeur van SFL.